Aan boord van de HANSEATIC inspiration kan het niet anders: je gaat echt ergens heen waar bijna niemand komt. Met PC6 heeft het state-of-the-art-expeditieschip van Hapag-Lloyd Cruises de hoogst mogelijke ijsklasse voor passagiersschepen.
Voor Davy was de spectaculaire toon meteen gezet. “Vanuit Ushuaia in het Argentijnse Vuurland vertrek je op een fantastische vaart door het Beaglekanaal. Op het einde van de zeestraat bereik je ‘El fin del mundo’, het laatste stukje vasteland. Je voelt het aan alles: hier verlaten we de bewoonde wereld.”
“Een eerste boeiende omweg bracht ons naar South Georgia. Je hebt er misschien nog nooit van gehoord, maar in 1946 omschreef auteur Niall Rankin het eiland als volgt: ‘Als je een gigantisch mes zou nemen en onder de hoogste bergruggen van Zwitserland zou snijden – precies daar waar de enorme gletsjers in de vallei naar beneden tuimelen – en als je dan je stuk berg, druipend van het gletsjerijs, hier in zee zou laten vallen … dan denk ik dat je een goed idee zou krijgen van deze plek.’ Ik zou het zelf niet beter kunnen verwoorden.” “Verwelkomd door tienduizenden eilandbewoners waaronder koningspinguïns en pelsrobben, voel je je precies een echte ontdekkingsreiger. Magisch.”
De eerste landing op Antarctica bij Brown Bluff liet al meteen een diepe indruk na. “Vanop het schip bekeken, net een Picasso-schilderij. Een roestkleurige vulkaan met zwarte rotskust, over de hele kustlijn ingekleurd met enorme witte en bruine vlakken. Grote kolonies van adelie- en ezelspinguïns bereiden zich hier voor op de winter.”
“Door de Weddellzee navigeerden we zo ver mogelijk zuidwaarts, naar het meest zuidelijke punt waar rederij Hapag-Lloyd Cruises ooit kwam. En bij een indrukwekkende horizon vanop ijsplateau Larsen A, dreven een zeeluipaard en enkele robben voorbij, rustend op een ijsschots. Daarna volgde een rubberbootexcursie tussen kolossale tafelijsbergen waarvan we de omvang niet eens konden raden. Zeker als je je bedenkt dat slechts 10% van zo’n gevaarte zich boven het wateroppervlak bevindt.”
Halverwege de reis had het reisgezelschap al meer dan tien dagen niets anders dan hun eigen schip waargenomen op de radar. Zo onmetelijk en ver van beschaving is de Weddellzee, op zichzelf al bijna 100 keer groter dan België. “Meer richting het westen lijkt het schiereiland meer ‘bewoond’. Alhoewel de Britse en Argentijnse nederzettingen dateren van begin 1900. Neergepoot in naam van de wetenschap, als dekmantel om een deel van de zuidpool te claimen.
“De meeste eilanden en kanalen in dit stukje Antarctica werden in 1900 in kaart gebracht door … een Belgische ontdekkingsreiziger:
Adrien de Gerlache. Vandaar de Eilanden van Antwerpen, Brabant en Luik, genoemd naar onze provincies. Wilhelminabaai kreeg dan weer wel een Nederlandse naam, uit dankbaarheid aan het Nederlandse koningshuis voor de financiering van de Belgische expeditie.”
“In de krater van de vulkaan van Deception Island gingen we het water in: baden bij een temperatuur van 0,5 °C! Drie dagen na deze
‘Antarctic plunge’ bracht de HANSEATIC inspiration ons naar Marguerite Bay voorbij de Zuidpoolcirkel. Slechts een handvol schepen varen zo ver in het zomerseizoen. We hadden het verste punt van de reis bereikt.”
“Tijdens de terugtocht langs Lemaire Channel in de mist, kreeg het schip nog vaak bezoek van enkele bultruggen en orka’s. Alsof ze ons een behouden terugvaart kwamen wensen. Want na de vaart langs de beroemde en woelige Drake Passage zat de expeditie erop. Moe maar enorm voldaan. Met duizenden foto’s, een hoofd vol herinneringen en een waargemaakte levensdroom.”